“Ouderwetse” bejaardenhuizen nieuw leven inblazen als oplossing voor toekomstige ouderenzorg

Zaterdag 03 februari 2024. Tijd: 14.30 uur.

Kwalitatieve ouderenzorg blijven leveren in de toekomst: het blijft een complex vraagstuk voor de Nederlandse politiek. De laatste kabinetten richtten zich voornamelijk op zo lang mogelijk zelfstandig thuis wonen. Pas wanneer het écht niet meer gaat, is er een plek in het verpleeghuis. Echter, dit zorgsysteem is gedateerd en vraagt om vernieuwing. Aad de Groot, topman van zorgverzekeraar DSW, pleit daarom voor een hervorming van de ouderenzorg.

 

Bejaardenhuizen: ze zijn inmiddels alweer een hele tijd gesloten, maar steeds meer partijen zouden ze, dan wel in een aangepaste vorm, terug willen zien keren. Zo ook De Groot: “Veel mensen wonen gedwongen langer thuis, maar tussen thuis wonen en het verpleeghuis zit nu niets. We zien een steeds groter wordende groep ouderen die eenzaam en minder actief is. Thuis wonen is op zich goed, maar we zien dat het is doorgeslagen”, zo laat de directeur van DSW bij Nieuwsuur weten.

Ouderenzorg moét innoveren

De Groot ziet mogelijkheden in “een tussenstap” die lijkt op het beleid van de vroegere verzorgingshuizen. De vergrijzing maakt het de ouderenzorg lastig. Aan de ene kant neemt de zorgvraag toe, terwijl er aan de andere kant flinke personeelstekorten zijn en het aantal mantelzorgers afneemt. Als er niets verandert met betrekking tot de organisatie van ouderenzorg, voorspelt De Groot gigantische problemen in de toekomst.

Kabinet Rutte II besloot in 2013 te besparen op de ouderenzorg door maar liefst 800 verpleeghuizen te sluiten. Voortaan zou de wijkverpleegkundige de zorg aan huis op zich nemen. Echter, ook de toegankelijkheid van de verpleeghuizen werd beperkter en daardoor belandden veel ouderen met complexe zorgvragen op een wachtlijst. Momenteel wachten er 22.218 ouderen op een plekje in het verpleeghuis.

Veel steun voor een tussenvoorziening

Net zoals De Groot pleiten ook steeds meer politieke partijen voor “een tussenstap” tussen thuis en het verpleeghuis. In oktober werd er nog een motie ingediend door JA21-Kamerlid Joost Eerdmans over de herintroductie van een tussenvoorziening tussen thuis en het verpleeghuis. Bijna de voltallige Tweede Kamer steunde deze motie.

De Groot zou het “ouderwetse” verzorgingstehuis nieuw leven in willen blazen, door ouderen zelfstandig te laten wonen, maar omgeven door zorg, voorzieningen en activiteiten: “Mensen hebben een eigen thuis, maar wel een ontmoetingsplek en alle voorzieningen op pantoffelafstand.”

De Groot streeft naar een verzorgingstehuis waar ouderen die veel zorg nodig hebben, samenwonen met vitale ouderen. Op die manier kunnen ze elkaar helpen, door bijvoorbeeld boodschappen te doen of voor elkaar te koken. “We zien ouderen vaak als kostenpost, maar ze kunnen nog veel bijdragen aan de maatschappij. En het belangrijkste is dat mensen een hogere kwaliteit van leven hebben.”

Voorwaarden

De belangrijkste voorwaarde van De Groot is dat één organisatie zich ontfermd over de zorg in het complex. In het huidige zorgsysteem zijn er soms wel vijf verschillende zorgaanbieders die de zorg in één complex organiseren, maar dat is niet efficiënt. Daarnaast kan de financiering, volgens de Groot, een stuk eenvoudiger: “Als je één wijk- of regiobudget vrijmaakt en vanuit dat budget de samenwerking aangaat met de gemeente, verzekeraar, wooncorporatie en zorgaanbieder, is er niet continu strijd: uit welk potje moet het worden betaald?”

Auteur: redactie

 

Archief

Zorggids Nederland copyright 2024 sinds 2008